In Nederland zijn de rechten van arbeiders goed geregeld. Iedereen die werkt mag rekenen op een veilige werkplek, redelijke werktijden, een salaris waar je mee rond kunt komen (ook als je tijdelijk niet in staat bent om te werken), recht op een vakbondslidmaatschap of inspraak via de ondernemingsraad.

De werkgevers en de vakbonden regelen dat samen. De Nederlandse overheid ziet er op toe dat alle werkgevers hun afspraken met de vakbonden nakomen.
En dan is er nog de Arbeidsinspectie om toe te zien op de veiligheid op het werk.
Om dat ook internationaal te regelen is in 1919 de Internationale Arbeidsorganisatie ILO opgericht. Het idee achter de oprichting, direct na de Eerste Wereldoorlog, is dat duurzame vrede niet mogelijk is zonder sociale rechtvaardigheid. In 1946 werd de ILO onderdeel van de Verenigde Naties.