Als het handvest van de Verenigde Naties wordt geschonden, kan gewapend optreden te rechtvaardigen zijn. De regels daaromtrent worden omschreven als 'Jus ad bellum', recht tot het voeren van oorlog.
Maar er zijn ook regels die omschrijven dat oorlog gevoerd moet worden op een manier die oorlogsleed zoveel mogelijk beperkt. Die regels vormen het humanitair oorlogsrecht, 'Jus in bello'.
De basis van het humanitair oorlogsrecht werd gelegd in 1864 in het Eerste Verdrag van Genève. Sindsdien is het humanitair oorlogsrecht herhaaldelijk verbeterd en uitgebreid. Hierbij speelde het Internationale Rode Kruis de hoofdrol, maar ook de VN hebben er aan bijgedragen. In 1997 is een VN-verdrag in werking getreden dat het maken, gebruiken, verhandelen en opslaan van landmijnen verbiedt. En in 2010 volgde een verdrag tegen het maken, gebruiken, verhandelen en opslaan van clustermunitie (een bom bestaande uit vele kleinere bommetjes die zich over een groot gebied verspreiden).